Il faudrait toujours se poser sur la vivance des choses. Au petit
déjeuner quelqu’un
: « à cause du réchauffement des hivers les compagnies
d’électricité font moins
de bénéfices. » Sinon aussi (autre scandale) on va détruire un
hôpital non rentable
et les fresques d’art brut afférentes. « Oh non ! » moi aussi sur
le ton offensé de tous, mais
je regarde surtout la splendeur des douves sous la lumière
oblique et
hésitante du matin, dimanche est peut-être son seul projet
précis, avant il y avait
des dizaines de canards, où sont-ils, soupir de la propriétaire
éplorée, il reste
la profusion bruissant d’insectes des arbres et leurs quelques
parts de répit même
si je voudrais qu’il neige complètement aujourd’hui je veux
dire
cette poudre de protection quasi-pharmaceutique protégeant
naturellement
de la peur. Il ne va pourtant pas du tout neiger mais il y a
beaucoup de soldats
dans les rues ces temps-ci, c’est une sorte de pis aller comme
d’habiter
dans un imblessable gilet pare-balles. Finalement poète =
l’infatigable fabricant
de phrases-parois derrières lesquelles se cacher pour tout ré-
apaiser calmement,
d’un calme de sain et sauf. Qu’est-ce que vivre ? Cette fois-ci
l’étymologie
ne va pas pouvoir aider. En indo-européen vivre voulait
déjà dire vivre semble-t-il
et rien d’autre. C’est à nouveau le début. Peut-être qu’il suffit
d’accumuler un tas de gestes
et on verra bien le sens à la fin. Ou pas le sens : « les
abricotiers existent,
les abricotiers existent » (Inger Christensen) et il n’y a pas de
raison valable. Un jour
les méduses à leur tour ont trouvé que leur forme convenait
aux circonstances
et elles en sont restées là. C’est cela l’essentiel : se vautrer
dans la forme
idéale ou provisoirement idéale. Bien sûr, pendant ce temps,
les Marie Antoinette
de l’aristocratie financière se bourrent de brioches sans
gluten : « oh
petit épeautre » glousse-t-elle pâmée sur un divan soyeux, le
corps cintré dans sa
maigreur de riche. Finalement, il est peut-être préférable que
le monde fonde
à vitesse grand v. Il y aura un nouveau déluge – je m’excuse
auprès des espèces
sacrifiées, Grand Ours Blanc et Phoque Huileux je m’excuse –
puis un néo-Grec
viendra nous expliquer les deux raisons fondamentales au
monde
et la première surtout, j’ai tellement envie de te caresser. Tout
se passe place
Syntagma qui est, comme son nom l’indique, une grande
espérance de phrases
assemblées.
– Allez viens, dit-il, nous devons apprendre à vivre dans le
monde dépourvu, imagine
l’inauguration d’une république sans : sans la possibilité
paresseuse
des paysages (je veux dire, où s’entre-paresser l’un
l’autre), sans
les horaires réguliers des banques comme si les réserves de
rencontres
étaient épuisées ou aléatoires, sans un certain nombre de
promesses encore
merveilleusement à tenir, sans l’or du soir que le soleil nous g
aspille à l’instant dans le dos,
sans un vocabulaire à portée et facilement monnayable sans
Oreste ! Oreste !, sans
grève générale et la consolation qu’offrent les arrière-cours parmi les chats
errants, sans la liste de tout le reste j’abrège qui sincèrement
aussi était possible.
You should always base yourself on the aliveness of things. Overheard
at breakfast: “because of warmer winters, electricity companies
are making less profit”.
In other news (scandals galore) they’re going to knock down a hospital
primitive frescoes and all, for making a loss.
“Oh no!” I adopt the same offended tone but
what I’m really looking at is how magnificent the moat looks in the crooked and
hesitant morning light, Sunday may be all it’s got planned,
there used to be dozens of ducks, where’ve they all gone, sighs the distressed landlady,
what’s left is the rustling glut of the midges, and their little bits of respite
even if I’d love a thick blanket of snow today I’m
talking about
the quasi-chemical protective powder that shields us naturally from fear,
it’s not actually going to snow at all, although there are
a lot of soldiers in the streets these days, it’s a kind of last resort,
like living in an unwoundable bullet-proof vest.
After all, poet = tireless producer of sentences-as-walls you can hide behind
to soothe everything away again, with a safe and sound calm.
What is living?
This time, etymology won’t be of any use. In Indo-European, living already
meant living it would seem, nothing more and nothing less.
We’re back to square one. Perhaps it’s enough to build up a load of gestures
and we’ll find out what it’s all about when the curtain comes down.
Or not: “apricot trees exist, apricot trees exist” (Inger Christensen) and God knows why.
Once, the medusas found their form fit the circumstances and left it at that.
That’s the crux: wallowing in the ideal form or the ideal form for now.
Of course, in the meantime, the Marie Antoinettes of the financial aristocracy
stuff their faces with gluten-free cakes:
“Oh you little spelt” she snickers, swooning on a silken bed, her body belting up her rich skinniness.
Come to think of it, maybe it’s better for the world to melt away quick-smart.
There will be a new deluge – My apologies to the species that’ll die out, the Great White Bear and
the Sea Lion, my apologies –
and then a neo-Greek will come explain to us the two meanings of life and the first above all,
I really want to caress you.
Everything will happen on Syntagma Square, which, as the name implies, is a grand
hoping of assembled sentences.
Come on, let’s go, he says, we need to learn how to live in a destitute world,
imagine the inauguration of a republic without:
without the lazy possibility of landscapes (what I mean is, where we can inter-laze),
without the regular hours of the banks as if the reserves of encounters were used up or random,
without a certain number of promises still wonderfully to be kept,
without the golden evening light which the sun is squandering right now behind our backs,
without a vocabulary at our fingertips and easily convertible into cash,
without Oreste! Oreste!
without general strikes and the consolation of the back yards for stray cats,
without the list of, I’m editing everything here, which, sincerely, was also possible.
Translation: Leah Maitland
Je zou altijd moeten neerkomen op de geluksbelevenis van de dingen. Iemand
bij het ontbijt
: “door de opwarming van de winters maken de elektriciteits-
bedrijven minder
winst.” Of ook (ander schandaal) ze zullen een onrendabel
ziekenhuis vernietigen
en de daarbij horende art brut-fresco’s. “O, nee!” ik ook op
de beledigde toon van iedereen, maar
ik kijk vooral naar de pracht van de grachtmuren onder het schuine
en aarzelende
licht van de ochtend, zondag is misschien zijn enig
duidelijke project, voordien waren er
tientallen eenden, waar zijn ze, zucht van de diepbedroefde
eigenares, er blijft nog
de gonzende overvloed van insecten van de bomen en hun luttele
delen van verademing zelfs
al zou ik willen dat het helemaal sneeuwt vandaag ik
bedoel
dit beschermende nagenoeg farmaceutische poeder dat van nature
beschermt
tegen de angst. Het gaat evenwel helemaal niet sneeuwen maar er lopen
veel soldaten
op straat tegenwoordig, het is een soort laatste toevlucht zoals
wonen
in een onverwondbaar kogelvrij vest. Uiteindelijk is dichter=
de onvermoeibare fabrikant
van zinnen-als-wanden waarachter je je kan verbergen om alles kalm te her-
geruststellen,
met een kalmte gezond en wel. Wat is leven? Deze keer
kan de etymologie
niet helpen. In het Indo-Europees had leven al de betekenis
van leven schijnt het
en van niets anders. Opnieuw het begin. Wie weet volstaat het
tal van gebaren bijeen te brengen
en we zien wel wat het ten slotte betekent. Of niet betekent: “de
abrikozenbomen bestaan,
de abrikozenbomen bestaan” (Inger Christensen) en er bestaat geen
aannemelijke reden. Eens
hebben de medusa’s op hun beurt ontdekt dat hun vorm bij de
omstandigheden paste
en ze zijn daarbij gebleven. Dat is de kern: zich wentelen
in de ideale
of de voorlopig ideale vorm. Natuurlijk proppen de Marie Antoinettes
uit de aristocratie zich intussen vol glutenvrije
brioches: ‘oh,
speltbroodje” kirt zij op een zijden divan, haar
lichaam zit getailleerd in haar
rijkeluismagerte. Uiteindelijk is het misschien verkieslijk dat
de wereld smelt
met een snelheid met grote s. Er komt een nieuwe zondvloed – ik verontschuldig
mij bij de opgeofferde
soorten, Grote Witte Beer en Olie-Rob ik verontschuldig mij –
daarna komt een neo-Griek
ons de twee fundamentele redenen van de wereld
uitleggen
en vooral de eerste, ik heb zo’n zin om je te strelen. Alles
valt voor
op het Syntagmaplein dat, zoals zijn naam het zegt, een dringende
verwachting is van samen-
gevoegde zinnen.
- Vooruit, kom, zegt hij, we moeten leren leven in de
zinloze wereld, stel je
de inhuldiging voor van een republiek zonder: zonder de gemakzuchtige
mogelijkheid
van de landschappen (ik bedoel, waar kunnen we elkaar ver-
lummelen), zonder
de regelmatige uurregelingen van de banken alsof de reserves
aan ontmoetingen
uitgeput waren of toevallig, zonder een zeker aantal
beloften die we nog
wonderlijk goed moeten houden, zonder het goud van de avond die de zon
juist nu in onze rug verspilt,
zonder een woordenschat binnen handbereik en makkelijk verkoopbaar zonder
Orestes!, Orestes!, zonder
algemene staking en de troost die de achterplaatsen bieden
tussen de zwerf-
katten, zonder de lijst van al het overige ik maak het kort dat echt
ook mogelijk was.
Vertaling: Bart Vonck